NPC Spanjetrip 2005.
We hebben er echt naar toe geleefd: boekje van Barcelona gekocht, regelingen binnen het gezin zodat de anderen zich niet te kort gedaan voelden, want in de 911 is maar plaats voor 2…., en dat waren Bo en ik natuurlijk.
Zondag 1 mei vertrokken we met goede moed naar de Roosterhoeve in Roosteren. De bagage was toch niet zo’n probleem als ik had gevreesd. Zowel in het “vooronder” als op de stoeltjes van de achterbank kan je ruim voldoende bagage kwijt. En die PTS aluminium koffers van Porsche zien er geweldig uit, maar niemand van ons gezelschap had ze.
De Roosterhoeve is een grote zaak (zo groot voor zo’n klein dorp?), en in een van de zaaltjes kwamen we voor het eerst in aanraking met de andere Porschisten. Slechts een enkeling hadden we ooit gezien, maar kennen deden we niemand.
Bij een bakje koffie en een stuk Limburgse taart werd het ijs snel gebroken. En qua leeftijd zat ik wel goed, de helft jonger, de helft ouder schat ik.
Er hadden zich 19 auto’s ingeschreven, 2x Boxster S, meerdere verschillende 964, 993, 996 (1x GT3) en 2x 997 S.
Na een korte toelichting kregen we het routeboek. Dit zag er zeer professioneel uit, met kilometeraanduiding, duidelijke omschrijving van de te volgen weg, en indien nodig een kleurenfoto van een situatie.
Die eerste dag hebben we eigenlijk alleen gereden. De rit van Roosteren naar Epinal bedraagt 480km en zou ongeveer 6 uur in beslag nemen….voor ons net iets langer, maar daarover dadelijk meer.
De Ardennen blijven een mooi gebied om doorheen te rijden, maar de wegen zijn op vele plaatsen aan vernieuwing toe. Dat verschil merk je goed als je Luxemburg binnenrijdt.
Aanvankelijk was het de bedoeling om in Durbuy te stoppen voor de lunch, maar wegens overweldigende drukte werd er doorgereden tot Hotton.
We waren de groep uit het oog verloren en hebben met ons tweetjes geluncht in een eenvoudig restaurantje. De “tomate crevettes” die we daar gegeten hebben zou de hele reis niet meer overtroffen worden. Er waren zoveel grijze garnalen dat we nauwelijks nog een tomaat konden zien.
Onderweg kwamen we zeer veel wielertoeristen tegen. Helaas ook eentje die men in de berm aan het reanimeren was. Ik hoop dat ie het gered heeft.
Via mooie wegen ging het richting Luxemburg.
Vlak voor Luxemburg stonden we voor het stoplicht toen ik plots iets voelde en hoorde aan de auto. HET ZAL TOCH NIET WAAR ZIJN HE. Verdomme, een tik langs achteren van een Luxemburgs bestelautootje.
Enige discussie met de bestuurder, maar hij moest wel toegeven dat hij de oorzaak was. Meteen foto’s gemaakt, en papieren invullen. Toen aan het twijfelen, wat een gedoe….er was eigenlijk nauwelijks of geen schade.
Maar de bestuurder had gedronken (sterk vermoeden mijnerzijds), en zijn auto was niet meer verzekerd (net 1 dag afgelopen). Voorstel gedaan, op advies van Bo. Vijftig Euries betalen en we halen er geen politie bij….
De man ging direct akkoord, maar…………….geen geld bij………..geen bankkaart bij…….
Okee, dan zouden we met hem meerijden naar zijn thuis, dat was in Luxemburg en daar moesten we toch langs.
We reden een achterstandswijk binnen en de man, ik denk van Italiaanse komaf, stopte bij een kroeg!
Bo en ik naar binnen. We werden aangegaapt door de andere cafebezoekers. De man nam zijn GSM om iemand te bellen. We konden er niets van verstaan.
We waren op onze hoede, bij de minste problemen zouden we direct vertrekken.
Er kwam een andere man die naar ons toekwam en vroeg wat er aan de hand was. De Italiaan zei hem wat (onverstaanbaar). De tweede man, toch wel kleiner dan ons, maar vermoedelijk veel sterker, haalde zijn portefeuille boven. Hij vroeg nogmaals wat er gebeurd was, in het Frans. Ik zei dat ie dat maar aan zijn vriend moest vragen, maar dat er een ongeluk gebeurd was. Toen gaf ie ons de 50 euro en maakten wij dat we weg kwamen.
Ik vermoed dat als we de auto een goede poetsbeurt daarvan laten geven dat we niets meer zullen zien van de “tik” die we gekregen hebben. Ik vermoed ook dat als we papieren ingevuld zouden hebben, zelfs met de politie erbij, dat we er niet beter vanaf gekomen waren. Het was echt een twijfelgeval. Het is wel typisch dat zo’n simpel voorval met je lievelingsauto je danig in de war kan brengen. Dat heeft me verbaasd.
De route naar Epinal verliep verder vlekkeloos. We kwamen dus wel iets later aan, maar nog ruim op tijd voor het avondeten dat we altijd gezamenlijk gebruikten.
Het hotel lag op een industrieterrein. Was, net zoals de andere hotels, simpel maar okee. Ik denk dat alle hotels die waar we gelogeerd hebben 3 sterren hebben. Kennelijk wil men toch vermijden dat de prijs van de reis een belemmering zou vormen om mee te gaan.
Goed geslapen, en maandag 2 mei op pad richting Bourg en Bresse. Ook deze rit hebben we grotendeels alleen gereden.
Op de “Ballon d’Alsace” , een schitterende bergweg, werden we uitgenodigd om te spelen met een lokale 911, maar het ontbrak me toen nog aan de “goesting”. We zijn toen ook voorbijgestoven door een groepje met o.a. de 997’s en de GT3. Dat zou ook de laatste keer zijn dat we nog door iemand van onze groep voorbijgestoken werden…
Voorspoedige reis tot Bourg en Bresse. Het hotel, eveneens Best Western, lag midden in de stad, en toen bleek nog maar eens hoe handig een navigatiecomputer kan zijn. Overigens ook op andere plaatsen (circuit de Catalunya) zeer veel plezier gehad van de navigatiecomputer die ik niet meer zou willen missen.
Het hotel was sjiek, maar een beetje vergane glorie. Het had nog gediend, 150 jaar eerder, als stopplaats voor de, destijds gefortuneerde, reizigers uit Parijs en omgeving, op weg naar de Cote d’Azur. Ik denk dat we onze auto’s ook geparkeerd hebben in het oude koetshuis. Toch konden niet alle auto’s binnen geparkeerd worden en daar waren de “buitenslapers” echt niet blij mee. Daarenboven was er voor iemand ook nog een serieus probleem om de kap van de cabrio dicht te krijgen. Maar met vereende krachten lukte het uiteindelijk toch, en gelukkig geen vandalisme te rapporteren die nacht. Avondeten was voor velen een tegenvaller. Sommigen gingen dan ook in de stad nog een shoarmatent bezoeken.
Op dinsdag 3 mei zouden we de mooiste rit maken, naar Florac. Het zou ook een “zware rit” worden. Vooral het doorkruisen van enkele drukke steden (Le Puy o.a.) was vermoeiend.
We reden in een groepje met de Boxsters, een 993 4S, een 993 cabrio, een 993 S, en een 964.
Af en toe regende het behoorlijk. Hiervan zijn filmopnames die ik t.z.t. nog wel eens op
www.porscheforum.org wil zetten.
Het ging soms erg hard, maar wel leuk, totdat in een listige bocht, nat wegdek, de 993 cabrio achter uitbrak. Ik kon het nog net in mijn binnenspiegel zien. Helaas was er net een tegenligger die flink geraakt werd. Die tegenligger kwam terecht op de vangrail, wat op zich wel een grappig gezicht was. Met een viertal mannen schoven we het bestelautootje achteruit er van af.
De man belde zijn baas, en die belde de politie. Zakje blazen, papieren invullen, de hele reutemeteut. Gelukkig geen gewonden, en gelukkig kon de 993 zijn weg vervolgen. Alleen wat plaatschade vlak achter het linker achterwiel.
Ondanks dit werd er hierna toch nog goed doorgekacheld, meestal onder aanvoering van de Boxters die nauwelijks bij te houden waren. Alleen de 4S’sen konden enigszins in de buurt blijven. Sinds die dag zullen wij nooit meer spreken van “boxstertjes”!
In de namiddag klaarde het op en we zouden voor de rest van de vakantie alleen maar zonnig en warm weer hebben
We kwamen dus weer wat later aan in het hotel van Florac. Schitterende streek overigens.
Hotel was andermaal eenvoudig maar okee. Helaas de kamer niet okee. Te klein bed (twijfelaartje) en veel te zacht. Maar door de vermoeidheid toch nog redelijk geslapen.
Die ochtend, woensdag 4 mei afscheid genomen van enkelen die niet verder zouden meegaan. Hadden het allemaal al gezien.
De rit was wel supermooi doorheen de bergen. Ook hier weer de Limburgse Boxsters op kop en de anderen die probeerden te volgen. Tot mijn verbazing moest ook een 996 turbo afhaken.
Nog groter was mijn verbazing toen een Boxsterrijder het stuur nam van de 993S. Ook toen konden we hem niet volgen. Chapeau, dan ben je zeker een goede rijder. Ik vraag me wel af hoe de betreffende dames zich gevoeld hebben, want voor de rit werd er niet alleen van auto gewisseld. Ik vraag me uberhaupt af hoe de bijrijders commentaar gegeven hebben. Voor mijn bijrijder kon het nooit snel genoeg gaan, maar ik ben er zeker van dat sommigen, met hun eega naast zich, toch wat minder op het gas mochten dan ze zouden willen, en misschien maar goed ook….
Het ging af en toe erg hard. Ik heb het gevoel dat ik de auto voor 70% heb leren gebruiken terwijl dat voordien maar 50% was. En ondanks dit nergens in de problemen geweest. Slechts 1x een slecht gevoel gehad, dat was toen we de turbo voorbijknalden. Als daar toen een snelle tegenligger geweest was….dan was het spannend geweest. Spannend werd het zo ook wel, vooral als er achter zo’n scherpe bocht plots een vrachtwagentje ofzo opdook. Ook de Boxsters hadden soms aan beide zijden van de auto maar centimeters over. Niet echt een rit voor mietjes.
We hadden wel de hele dag supermooi weer en de stopplaatsen, zowel om te lunchen als om iets te drinken waren heerlijk.
Moe maar voldaan arriveerden we laat die namiddag in Calella. Op 20m van het hotel was een grote parkeergarage waar de auto kwijt konden. Om veiligheidsredenen parkeerden we tussen 2 dikke pilaren. Het in- en uitrijden was wel moeizaam want zelfs met ingeklapte spiegels was er aan elke zijde maar enkele centimeters over.
Het hotel (Miami) was andermaal gewoontjes, maar okee. Ik denk met een zeer goede prijs/kwaliteit verhouding want 1 kamer kost maar 25 euro per nacht.
Donderdag 5 mei hadden we gepland om naar Barcelona te gaan. Vlak bij het hotel lag het station en voor zo’n 15 euries kon je retour naar Barcelona. Mooie route langs de kust, maar wel een echte boemeltrein. Ongeveer 1 uur over 45 kilometer.
In Barca was het druk en drukkend. Daarom hebben we, na het bezoek aan MareMagnum, het grote aquarium, de rest per toeristenbus gedaan. Ging wel vlot. We zijn afgestapt om de Sagrada Familia te bezoeken en om de Ramblas te doen. De rest hebben we vanaf de dubbeldekker bewonderd. Wat huisjes van Gaudi (Efteling stijl), Camp Nou etc.
Vooral wegens de drukte vonden we het welletjes na die ene dag.
Tegen 20u waren we weer in het hotel waar onze vriend Giorgio (op het forum bekend als RiccioTT) ons opwachtte. Hij was daar met zijn Ninja en zou de dag nadien weer terugrijden. Hij had aan de bar al gesproken met enkele NPC’ers en gevraagd of ze Sjonnie kenden. “Huh, Sjonnie?????”
Pas toen hij sprak over de zilveren 4S wisten ze over wie hij het had. “O, die, die rijdt onverantwoord” was het antwoord van de turbo….
Fijne avond gehad samen met Giorgio en enkele NPC’ers. Ook nog tot redelijk laat in het hotel naar film gekeken die eerder die week geschoten was door de “officiele NPC reporter”.
Rond 1u gingen we slapen, zonder dat we op de TV de film gezien hadden, genomen uit de Boxster toen het zo regende. Komt nog wel een keer.
Op vrijdag 6 mei hadden we gepland om naar het circuit te gaan voor de training van de F1.
Ik had gedacht dat er zo’n 10.000 mensen wel op af zouden komen, maar dat was een flinke onderschatting. Die Spanjolen zijn inmiddels helemaal gek geworden van Alonso. Overal blauwe petjes en blouses.
Toen we voor het eerst zo’n F1 voorbij zagen komen wisten we niet wat we hoorden. Leek wel een F16. Het geluid zit rond de pijngrens en al snel maakten we van onze papieren zakdoeken een oordopje.
Tijdens de training gebeurde er niet veel, alleen Albers die een keer vol de grindbak in reed.
De Seat Leon training hadden we ook snel gezien.
Bij de hoofdtribune waren er wel standjes waar je als Ferrari of Mercedes fan je hart kon ophalen. Maar niets, he-le-maal niets, van Porsche. Begrijpelijk, maar toch….
De tweede training van de F1 volgende we vanaf de hoofdtribune, maar wegens het lawaai en het gebrek aan leuke momenten hebben we dat niet lang volgehouden. We reden al snel weer naar huis. Maar snel waren we niet thuis. Kennelijk hebben ze daar op vrijdagmiddag ook een superspits en pas 3 uur later waren we weer in het hotel. Een beetje gedesillusioneerd.
Om 20u was het verzamelen in de lounge van het hotel. Met taxi’s reden we naar het restaurant “Mas Pi”. Al degenen die er ooit eerder geweest waren, waren vol lof.
Niet ten onrechte. Een zeer genoeglijke avond, en da’s belangrijker dan haute cuisine.
Andermaal afscheid van sommigen.
Ondertussen hadden we in de gaten dat er van de 39 deelnemers maar 5 mensen naar de F1 gingen. Hoe zou dat komen?
Ondertussen hadden Bo en ik onze buik vol van al die drukte en we besloten om niet terug naar Barcelona te gaan, maar om op zaterdag 7 mei naar Tossa de Mar te rijden. Een parel aan de Costa Brava die we hadden leren kennen jaren geleden. Een goede gok. We zaten op schitterende terrassen, aan de zee, heel mooi uitzicht, en zeer zeer rustig. Mooie wandeling naar het oude dorpje waar we enkele mooie foto’s konden maken. We zijn ook de parking op het strand opgereden om enkele foto’s te maken. Naar het oude dorpje durfden we niet rijden zonder toestemming van de pliessie. Maar ja, als je ze nodig hebt, dan zie je ze niet natuurlijk. Jammer, daar zouden we misschien wel een prijswinnende foto hebben kunnen maken.
Die avond trokken we met een groepje door Calella op zoek naar een restaurant. Iemand had in een “Nederlands cafe” wel zeer goede biefstuk gegeten en daar zouden we naar toe gaan.
Wat een tegenvaller. Details geven is overbodig.
Wel een origineel decadent iets gezien: “een zwembadje bier” kon je daar bestellen. We hebben ook iemand zien buitenstrompelen die minimaal zo’n zwembadje binnen had laten lopen. Zijn broek zakte er letterlijk van af.
Die avond gingen we op tijd slapen. Een zeer zware dag stond ons immers te wachten.
Op zondag 8 mei stonden we pas om 8u30 op. In tegenstelling tot wat de meesten ons adviseerden wilden we proberen om na de grote drukte naar het circuit te rijden.
Hierdoor zouden we de laatste kwalificatierit van de F1 en de Porsche supercup race missen, maar zouden we wel fitter zijn om naar huis te rijden.
Ons plan pakte redelijk goed uit. Op 45 minuten tijd stonden we al geparkeerd naast het circuit. Niet helemaal waar de marshalls ons wilden hebben, maar wel goed om meteen te kunnen vertrekken.
We waren nog net op tijd om de GP2 (F3000) race mee te maken. Onze plaatsen waren supergoed. Ik denk 1 van de beste plaatsen van het circuit: tribune F, aan het einde van het rechte stuk, vlakbij een bochtencomplex rechts, links, lang rechts. Daarna zien we de auto’s weer terug aan de overkant in een links en rechts bochtencombinatie. Zon in de rug, in de namiddag van links. Niet te hoog, niet te laag. Beter kan eigenlijk niet. De prijs was ook navenant: zo’n 300 euries per kaartje.
De Alonsomania van vrijdag had nog ernstiger vormen aangenomen. In totaal 115.900 toeschouwers, een record.
Alvorens onze plaatsen in te nemen waren we naar een kraam (reuzekraam) gegaan om oordopjes te kopen. Dat was noodzakelijk om daar te overleven. 1 Euro per stuk voor wegwerpdopjes. Ze deden hun werk wel voortreffelijk. Maar de rest wat er gekocht werd? Massahysterie, koopgekte alom.
Op de tribune zaten meerdere Nederlanders (buiten de overige 3 NPC’ers). De meesten waren met bussen gekomen. Velen hadden toch nog het lef om een Albers petje te dragen.
De koning van Spanje was inmiddels ook gearriveerd. Rondgeleid door multimiljardair Ecclestone.
Rond 13u kwam de trailer voorbij met daarop de F1 piloten, luid toegejuicht. Niet lang meer, dan zou het spektakel beginnen.
Ik verwachtte veel vuurwerk, vooral in de eerste bocht na de start.
Helaas geen vuurwerk. Niet in de eerste bocht na de start, niet daarna.
Na de start bleven 2 auto’s op de startgrid staan. De Minardi’s. Pacecar op de baan. Even later konden de Minardi’s toch meerijden. Alhoewel, meerijden….
Ik denk dat ik 10x een auto heb zien voorbijsteken en ik denk dat het 8x ging om een gedubbelde of gedriedubbelde auto. Ik heb voetbalwedstrijden gezien van de F’jes van SV Deurne die spannender waren.
Raikonen was verreweg de beste auto/piloot combinatie. Hij leidde dan ook van start tot finish. Daarachter waren er wat wisselingen als er nieuwe brandstof getankt werd, maar verder viel er niets te beleven.
Van al de NPC’ers die ooit eerder naar die GP geweest waren zeiden de meesten “je moet het eens gezien hebben”. Zelfs dat durf ik te betwijfelen.
De 3 andere NPC’ers hielden het zo’n 25 rondjes voor het einde al voor bekeken. Wij hebben het nog 10 rondjes meer uitgehouden. Ook toen lag het eindresultaat al vast. De desillusie van donderdag was nogmaals bevestigd. F1 is niets voor ons. We zullen er nooit meer naar gaan kijken.
De rit naar thuis verliep aanvankelijk zeer vlot. Gelukkig was Alonso nog in koers, zelfs op een tweede plek. Zonder pech van Raikonen zou hij wel niet kunnen winnen. Misschien was het wel hierop dat de 115.888 mensen hoopten. Wij hoopten alleen maar op zo snel mogelijk weggeraken bij dit opgeklopte geldverslindende spektakel.
Aan de Spaans-Franse grens was er enig oponthoud, maar niets vergeleken met hetgeen ons nog te wachten stond.
Dit was immers de zondag van het “Hemelvaart weekend” en vanaf Orange was het helemaal mis. Zo’n 85 km file tussen Orange en Lyon.
Onderweg in de file wel vele leuke reacties op onze auto. Vaker “thumbs up”, vaker gefotografeerd vanuit auto’s, maar 1x stapte er iemand uit om uitvoerig de tijd te nemen om de auto te fotograferen.
We hadden (tijdens de GP2 race, erg moeilijk te verstaan dus…) een telefoontje van een van de Boxsterrijders gekregen: “vermijd Luxemburg, want de snelweg is opgebroken”. Zij hadden ook bijna 15u erover gedaan om van Calella naar Limburg te rijden.
We besloten dus om via Zwitserland en Duitsland te rijden. Helaas stond er bij Chambery ook een file (gemeld op een snelwegbord) waardoor we besloten om via Mulhouse naar Karlsruhe te rijden en dan naar het noorden om via de A61 naar huis te rijden.
Dat lukte zonder noemenswaardige problemen. We stopten alleen om te tanken en reden goed door voor zover mogelijk. Wat zijn die snelwegen ineens bochtig als je flink doorrijdt…
Enkele regenbuien speelden ook nog wat parten, maar om 6u15 konden we onze oprit oprijden. Vijftien uur eerder waren we vertrokken bij het circuit de Catalunya.
Moe maar voldaan.
Ik denk dat ik het niet volgehouden zou hebben als ik niet in een sportauto gereden had. Alle andere auto’s zijn in vergelijking met een sportauto een salon en zij zouden mij waarschijnlijk gedwongen hebben om even een dutje te doen.
Veel dank ben ik verschuldigd aan de organisatoren van deze fantastische rit, Jan en Jean-Paul.
Heel dankbaar ben ik ook voor de vele fijne mensen die ik heb leren kennen. Ongetwijfeld zullen we mekaar nog vaker ontmoeten. Dat alleen al was de moeite om aan de rit mee te doen.
En tot slot ben ik dankbaar dat ik de rit met Bo heb mogen maken. Hij is op een leeftijd dat ie op eigen benen gaat staan en stilaan weggroeit van zijn warme nestje. Net dan samen zo’n rit maken is fantastisch. Ook het navigeren deed ie al behoorlijk goed. Alleen daar waar de weg vernieuwd was (het routeboek is 1 of 2 jaar oud) ging het fout.