Heb steeds doorheen de jaren het gevoel gehad dat Paul Frère in de autowereld sterk ondergewaardeerd werd. En dit gevoel wordt door het kleine aantal reacties in dit onderwerp alleen verstrekt. Het feit dat dit onderwerp onder “discussie andere zaken” staat is hier nogmaals een voorbeeld van.
In 2005 heb ik via een Belgische Formule 1 site nog een poging gedaan zijn bekendheid onder het jonge volk te verhogen. Het artikel, dat waarschijnlijk weinig tot niets heeft uitgehaald, wordt vandaag nogmaals opgevisd;
http://www.f1journaal.be/f1_nieuws.aspx?34_5=1684
Wat Paul Frère in mijn ogen uniek maakt is ten eerste zijn achtergrond; de combinatie van ingenieur, autocoureur en autojournalist is op zijn zachts gezegd ongewoon. Maar wat bovenal verbaasd is zijn duurzame relatie met de meest eervolle constructeurs. Hij was het die begin jaren ’50 al kennis maakte met het prille merk Porsche, en die met het fabrieksteam in ’53 aan de start van Le Mans stond in een 550 Spyder. Hij was het die later (zoals het artikel van Mikey aangeeft) betrokken was bij de ontwikkeling van de 917. Hij is naar alle waarschijnlijkheid de enige mens op aarde die ooit met bijna alle type wagens van ons geliefde merk heeft gereden, en dan heb ik het ook over de racewagens! Ja, zelfs met de GT1 heeft hij nog (meermaals) gereden. Het was iemand die bij Porsche gewoon doodleuk door de ontwikkelingsafdeling kon wandelen, de stand van zaken opmeten en eventjes een babbeltje slaan met personen die hem al hun ganse carrière kenden. Vorige week zaterdag is er een groot stuk Porsche geschiedenis heen gegaan…
En zijn kennis beperkte zich niet enkel tot Porsche, met Ferrari heeft hij Le Mans in ’60 gewonnen, en heeft hij enkele podiumplaatsen in de F1 behaald. Het was iemand waar zelfs Enzo Ferrari naar luisterde. Ook met Aston en Jaguar racete hij op Le Mans, met de 300SL Gullwing heeft hij rally gereden. En ga zo maar door… Hij was kind aan huis bij alle grote merken, en elk van deze merken vertrouwde hem niet enkel 100% maar hechtte ook belang aan zijn oordeel.
Geen enkele journalist zal nog over een zo’n grote kennis van zaken beschikken, noch over zijn rijkunsten. Laat staan dat een journalist nog zo in vertrouwen zal genomen worden door de constructeurs. Nog een voorbeeld is de NSX, waarvan iedereen het krediet voor de afstelling onterecht toekend aan Senna. Je mag twee keer raden wie erachter zat.
Vorige week zaterdag hebben we 100 jaar automobielhistorie verloren…
Vele van jullie dromen mss van een 550 Spyder replica, met nummer 130 op zijkant en “Little Bastard” op de achterkant. Nee, voor mij geen James Dean, doe mij maar een gewone rode 993 C2 zoals meneer Frère!
http://www.roadandtrack.com/article.asp?section_id=7&article_id=6483
"Summing Frère up is difficult, if not impossible, but Editor-at-Large John Lamm, who has spent more time with him than anyone else on the staff, does it best:
"Paul Frère drives like you always wished you could, eases from French to German to Italian faster than you can think in English, scans his considerable data bank of automotive knowledge with Pentium II speed, has the manners your mother always wished you'd learned, and does it all with such grace that he always leaves you looking forward to the next time you'll meet."
http://www.autoweek.nl/weblog.php?id=1187&cache=no
http://www.djivy.be/2008/02/25/paul-frere-op-91-jarige-leeftijd-overleden/